Evenals in de vorige ronde kreeg Martin Krijger de kans De Draak te spelen met zwart. Toen won hij van Sjaak Spiegels, nu was het Ben Snethorst die de witte stukken dirigeerde. Snethorst won een pion in de opening, maar het was riskant. Hij kreeg een ontwikkelingsachterstand maar bleef wel in de tegenaanval. Snethorst miste een paar keer de beste voortzetting en Krijger kreeg een gevaarlijk initiatief. Toen deze dan eindelijk een kwaliteit kon winnen overzag hij de beste voortzetting. In een gelijkwaardige stelling ging Snethorst voortvarend weer in de aanval, nu met zijn vrijpionnen. Op het moment dat Snethorst een toren van Krijger aanviel pakte deze zijn koning vast, en dan moet je ermee zetten. Krijger gaf onmiddellijk op. Bij latere analyse bleek dat deze stelling toch wel gewonnen was voor Snethorst.

Zeer tot zijn genoegen kreeg Sjaak Spiegels van Eric Bouman De Draak voorgeschoteld. Spiegels kent deze speelwijze goed en ging vol in de aanval op Boumans koning. Hij kon al snel een gat in de zwarte stelling forceren en zette de vijandelijke koning op de 21e zet mat.

Fokko Baakman zat al vanaf het begin van de partij te loeren op zwakke plekken in de stelling van John van Dalsen. Van Dalsen echter heeft nooit zwakke plekken in de opening. Baakman vond de remedie: hij ruilde een aantal pionnen af waardoor de ruggengraat in Van Dalsens stelling verdween. Baakman won een stuk en besliste de partij in zijn voordeel.

Jac Weeland besloot weer eens een riskante opening te spelen. Hij ging dan ook bijna mat en verloor twee pionnen. Ool werden de dames al op de zevende zet geruild. Tja, Peter de Vrieze is in topvorm en laat zich niet kisten. In het open spel dat volgde won Weeland wel een stuk, maar dat kon De Vrieze aardig compenseren door flink met zijn paarden te gaan goochelen. Weeland verzonk in diep gepeins en schrok heftig toen hij op zijn uurwerk keek: nog één seconde. Nog voordat de ernst van deze situatie doordrong verscheen het finishvlaggetje op het digitale monster: verloren door tijdsoverschrijding.

Marco Vieveen zag in de opening niet dat Jan Heiligers eigenlijk een loper weggaf. En dat was maar goed ook. Er ontspon zich een mooie partij met wisselende kansen en strijd over alle 64 velden. Uiteindelijk trok Vieveen toch nog aan het langste eind.

Gelukkig hebben we in Renesse Frans Nijman nog. Waar Jac Weeland, Jan Heiligers en Martin Krijger met een nederlaag terug naar huis moesten hield Nijman de eer ban het dorp hoog. Hij besliste de “burenruzie” met Scharendijkenaar Teun Brouwe in zijn voordeel. Het werd en spannende en mooi partij die hij met slechts een pion meer wist te winnen.

Kees Bimmel opende tegen Marnix den Boer met het koningsgambiet. Er ontstond een open stelling met mogelijkheden voor beide kanten, ook al vanwege de tegengestelde rokkades In het middenspel verspeelde Den Boer weliswaar zijn zwartveldige loper maar Bimmel zijn pionnen structuur stelde niet veel meer voor. Den Boer had 2 verbonden vrijpionnen maar kon daar niet veel mee terwijl Bimmel een vrije pion had op de A-lijn. Deze pion gaf uiteindelijk de doorslag en kon promoveren tot dame waarna Den Boer opgaf.