In het topduel tussen Kedem Gutkind en Hans Aangeenbrug kwam laatstgenoemde beter uit de opening. Gutkind met wit ruilde al vroeg de lopers van de zwarte velden af en kreeg een dame op a6, ver in de vijandelijke stelling. Aangeenbrug rokeerde daarom lang en kreeg wat tegenspel in het centrum. Na een ruil-offer won hij twee pionnen. Gutkind ruilde verder af naar het eindspel en zette met een toren en een paard de leuke aanval in. Aangeenbrug, die in tijdnood begon te komen, deed een paar mindere zetten en liet de stelling verzanden in remise.

Bas van de Graaf ging al snel in de fout, waarop Martin Krijger een pion won en een betere stelling kreeg. Krijger had het, ook door dreigend tijdgebrek, nog wel even moeilijk, maar kon uiteindelijk met doorbrekende pionnen de winst binnenhalen.

Sjaak Spiegels maakte heel wat meters. Elke keer stond hij van zijn bord op om de verrichtingen van zijn concurenten te volgen. En dan weer op tijd terug naar zijn eigen partij. Hij had het geluk dat Jos de Kort in de Franse opening te vroeg Pc6 speelde, en daarmee zijn eigen c-pion blokkeerde. Spiegels voerde de druk steeds meer op met winst als bijna logisch gevolg.

Kees Bimmel veroverde met zwart het initiatief maar kwam niet door de goed georganiseerde verdediging van Peter de Vrieze, waarop remise de terechte uitslag was.

Aat Brakel opende Dame-indisch, waartegen René van Rikxoort zich wel erg voorzichtig en terughoudend opstelde. Brakel kreeg daardoor een ruim speelveld en kon een koningsaanval opzetten, waarbij de zwarte h7-pion verloren ging. Wit had niet gerokeerd en kwam met zijn h-pion dreigend oprukken. Toen ging zwart er echt voor zitten en moest Brakel toch nog twintig zetten doen, alvorens zwart zich gewonnen gaf – de h-pion kon promoveren en het eindspel met materieel voordeel voor wit leverde geen problemen op.

Herman Jukkenekke schaakte na lange tijd weer alsof hij nooit was weggeweest. Dick Doeswijk had zijn stelling niet goed ontwikkeld en Jukkenekke gooide er maar eens een offer, ver in de zwarte stelling, tegenaan. De zwarte stelling raakte uit zijn verband en de koning kwam alleen te staan. Doeswijk probeerde nog van alles, maar Jukkenekke liet zich niet van de wijs brengen en schaakte de partij bekwaam uit. Linda Greefhorst kreeg na hard werken wel de betere stelling, maar slaagde er niet in door te breken. Jan Heiligers blef loeren op een kansje, en toen hij die schoon zag ging hij met een pion op weg naar promotie. Greefhorst kon dit enkel verhinderen door een stuk te offeren, maar uiteindelijk deed dit haar toch de das om.