Ondanks dat de wedstrijd tegen De Zwarte Dame in Zierikzee werd gespeeld speelden we toch 'uit'. Was DZD gestraft voor wantoestanden in Kruiningen? Moest er een lintje worden uitgedeeld aan een ere(pseudo-)lid van DZD in de monumentenstad? Niets van dit alles, de gezamenlijke slotronde van de hoofd- en promotieklasse werd gespeeld in Zierikzee, vanwege het 105 jarig bestaan van de club.

De enige inzet voor Zie Scherpe Combinatie voor deze wedstrijd tegen De Zwarte Dame betrof het vasthouden van de tweede plaats. En zou deze er niet komen, dan zou er ook nog weinig aan de hand zijn. Voor DZD stond er aanvankelijk - behoudens de eer en haar deel spelen in het nakomen van bovengenoemde uitspraak van Krijger - ook weinig op het spel. De tijdens de wedstrijd vermoede puntenaftrek voor Scheldeschaak maakte op papier deze wedstrijd op papier belangrijker, maar veranderde niets aan de uitgangspunten van beide ploegen.

Binnen een uur besloten Olaf van der Sloot en Wouter Bliek op het eerste bord tot remise. Nadat de dames van het bord gingen zat er weinig muziek meer in de stelling. DZD kwam op voorsprong doordat Sebastiaan Koedoot op het derde bord het deksel op de neus kreeg door teveel stukken ongedekt te laten staan en hierbij ook nog eens overbelasting vroeg van stukken die wel nog wat deden aan enige dekking. De planloze pionopmars naar g4 maakte dit allemaal nog veel erger, wat Clarisse keurig uitbuitte met loper b4, waardoor alle denkbare vervolgzetten van wit tot materiaalverlies zouden leiden. Op zich leek er weinig aan de hand tot aan de g4 en had Clarisse (zei hij achteraf) een remiseaanbod de drie zetten daarvoor wel geaccepteerd. De schrijver dezes kreeg na het zien van deze zet gelijk een deja-vu van de wedstrijd die de topscoorder van ZSC Sjaak Spiegels verloor van Clarisse in de eerste ontmoeting met DZD: ook zo een subliem zetje toen.

Op hetzelfde moment bracht Rik van de Breevaart de partijen weer op gelijke hoogte door Ton van Vliet te verslaan. In een gesloten Siciliaan wist hij op het zevende bord al snel het betere van het spel te verkrijgen en wist dit netjes te converteren in een vol punt.

Kort daarna zette Martin Krijger ZSC op een 1,5 - 2,5 voorsprong door Bram Koeman op bord vier te verschalken. In een Draak nam Koeman met wit aanvankelijk het initiatief, waarbij de zwarte koningsstelling aardig onder druk kwam te staan, maar nog voldoende te verdedigen was. Uiteindelijk rokeerde wit lang om zijn andere toren in het spel te betrekken, waardoor juist Krijger het initiatief kreeg, welke hij kon uitbouwen tot een winnende aanval.

Een voorsprong die uitgebreid werd door Kees van den Nieuwendijk door Jan-Kees Tolhoek op zes te verslaan. Sjaak Spiegels bracht het eerste wedstijdpunt binnen door op drie te remiseren tegen Peter van der Borgt.

Joost van Eenennaam liet weer een staaltje vechtschaak zien op het achtste bord tegen Wilco Krijnsen. Krijnsen gaf zijn voordeel echter niet meer weg (3-4). Met een 3-4 voorsprong had Jac Weeland op bord vijf remise aangeboden met een pion voorsprong. Tegenstander Rinus den Hollander sloeg dit aanbod uiteraard af. Weeland stuurde hierna aan op loperwinst, maar dit werd gezien door den Hollander, welke er een mooi valletje van maakte. Weeland zag dit ook, pakte de loper vast en dacht over een weerlegging. Voor zover het goede nieuws. En hoewel hij altijd nog een ontsnapping naar eeuwig schaak had, dacht hij te lang na over deze cruciale 40ste zet: vallende vlag en meevallend tweede wedstrijdpunt (eindstand 4-4). Weeland had er zelf geen verklaring voor…

En dan de statistieken. Delfde ZSC tegen Landau 2 twee keer het onderspit en werd er tegen De Zwarte Dame slechts 1 wedstrijdpunt vergaard over twee wedstrijden, tegen de vier overige teams speelden we steevast één wedstrijd gelijk en werd er één wedstrijd gewonnen. Dit brengt ons met een 50% score qua wedstrijdpunten (vijf) en 51,25% qua bordpunten (41) toch weer op onze vaste tweede stek.

Een groot aandeel in deze 51,25% kwam afgelopen seizoen van de gedeelde topscoorder in de hoofdklasse Sjaak Spiegels met 7,5 uit 10, waarvoor hulde!

Olaf van der Sloot speelde op zaterdag beduidend effectiever dan in de avondcompetitie. Zonder verliespartij tekent hij voor 5,5 uit 8 op de topborden. Hetzelfde puntenaandeel werd behaald door Sebastiaan Koedoot, welke hier 10 wedstrijden voor nodig had. Nou ja, eigenlijk 7, want de laatste 3 ronden werden er drie verliespartijen genoteerd... Hans Aangeenbrug speelde evenveel wedstrijd als Van der Sloot en peurde hier 5 punten uit.

Rick van de Breevaart kende een stroef seizoen met 3 uit 9. Hetzelfde geldt voor Martin Krijger die uiteindelijk 2,5 uit 6 scoorde. Mooi dat zij het seizoen beiden met een overwinning hebben afgesloten. Hetzelfde geld voor Kees van den Nieuwendijk die hierdoor boven de 50% eindigt met 2,5 uit 4.

Joost van Eenennaam speelde conform de ZSC-statistiek: hij behaalde 50% met 3,5 uit 7. Ook Arend Bandsma (met 3 uit 6), Ben Snethorst (2 uit 4) en Jan de Graaf (0,5 uit 1) wisten aan deze statistiek te voldoen. En eigenlijk had Jac Weeland dat ook moeten doen, ware hij niet door zijn vlag gegaan in de laatste ronde, waardoor hij een halfje tekort komt voor de 50%.

Tenslotte heeft onze laatste opgegeven basisspeler ruimschoots voldaan aan het aantal te spelen partijen en bij die vermelding wil ik het laten. Wellicht tot volgend seizoen!