Marnix den Boer slaagde erin weer aansluiting bij de kopgroep te krijgen in de 23e ronde van Schaakvereniging Zierikzee. Hij bleef rustig onder de groeiende druk van Jac Weeland en won met geluk. De andere koplopers wonnen ook hun partijen. Met nog zes ronden te gaan blijft de spanning aanwezig.

 

Martin Krijger en Peter de Vrieze rokeerden tegengesteld waardoor de beide koningen aan weerskante van het bord stonden. Beide spelers zetten een pionnenopmars in waarbij Krijger wel ook een dreiging in het centrum erbij had als voordeel. Krijger kon als eerste de vijandelijke konongsstelling breken, waarop De Vrieze zijn bang geworden koning in het uiterste hoekje van het bord zette. Dat bleek achteraf een verkeerde keuze. Enkele zetten later bleek de koning daar in een in een onontwarbaar matnet te zitten en gaf De Vrieze op.

 

Na de onderlinge remise in speelronde vijf stonden Sjaak Spiegels en Erik de Vrieze opnieuw tegenover elkaar. Spiegels trof in De Vrieze de ideale tegenstander om zijn serie van drie remises op rij om te draaien, terwijl De Vrieze in Spiegels nou niet direct de ideale tegenstander tegenover zich vond om zijn serie van drie nederlagen op rij te stoppen. Beiden openden dan ook rustig volgens theorie. De Vrieze deed naar eigen zeggen een tactisch vreselijk slechte loperzet en gaf Spiegels sterk de overhand. Een goed opgebouwde witte belegering volgde. De Vrieze beet zich vast in de partij maar kon niet verhelpen dat Spiegels twee pionnen buit maakte. Onder tijdsdruk vond De Vrieze niet de altijd meer de beste oplossing en nadat Spiegels nog een toren veroverde was de winst voor Spiegels een feit.

 

Jac Weeland offerde in de opening eeen pion voor een sterke aanval. Marnix den Boer beperkte zich tot het verdedigen van die voorsprong en kreeg er zelfs nog een pion bij. Weeland kreeg er iets moois voor terug, de koningsstelling van Den Boer leek rijp voor de sloopkogel. Met nog slechts drie minuten bedenktijd over nam Weeland een snelle beslissing en offerde een paard om de vesting open te breken. Dat was misschien nog wel goed maar Weeland overzag een zet later dat zijn dame ongedekt instond, en verloren ging. Hierna feliciteerde hij en Boer.

 

Fokko Baakman deed een poging met pionnenruil onder de druk van Kees van den Nieuwendijk uit te komen, maar dat mislukte door een vervelende penning op zijn dame. Het kostte hem een kwaliteit en Van den Nieuwendijk trok de partij geroutineerd naar zich toe.

 

In het duel der Fransen opende Frans Jansen Londens waarmee hij weer een mooie positie bereikte. Frans Nijman werd in het nauw gedreven maar liet zich niet kennen en zette zich schrap. En met succes! Jansen overzag voor één keer een listige zet en verloor een stuk, wat voor hem aanleiding was op te geven. “À cheval donné on ne regarde pas les dents” zal Nijman toen gedacht hebben. Een gegeven paard moet je niet in de bek kijken.

 

Helemaal tegen zijn gewoonte in gaf John van Dalsen een pion weg, maar dat deed tegenstander Pieter-Jan van Strien even later ook. Beide spelers begingen daarna geen fouten meer met remise als logisch gevolg.

 

Coen Hennipman zette al snel druk op de stelling van Mark van Rooten en kwam beter te staan. Maar in een flts zag Van Rooten en prachtige combinatie en voerde deze snel uit. Snel, waarom? Van Rooten wist het zelf niet. En zag na het uitvoeren van die zet dat het totaal niet klopte, en gaf op. Waar Hennipman verbaasd op reageerde. Van Rooten had iets over het hoofd gezien, het was toch goed… Schaken kan een wrede sport zijn.